Basisacties in Windows
- Openen van het Configuratiescherm (Control Panel)
- Open het Configuratiescherm met icoontjes
- Open Instellingen (Settings)
- Open Verkenner (Explorer)
- Bekijk de eigenschappen (properties) van een bestand, map of ander object
- Open een venster met de commandoregel
- Een programma in "elevated mode" draaien
- Het openen van een Microsoft console, zoals Apparaatbeheer
- Open een Configuratiescherm applet (programma), zoals Systeem
- Essentiele gegevens over je PC opzoeken
- Knippen, plakken en kopiëren
- Plaatje van het scherm maken
- Starten (booten) vanaf een CD of DVD
- Werken met omgevingsvariabelen
- Bepaal het process id van een programma
Openen van het Configuratiescherm (Control Panel)
Windows 10, 8, 7, Vista en XP
Methode die altijd werkt (ook onder Windows 8, zonder startknop):
Gebruik de toetscombinatie Win+R
, waarbij
Win
de toets is die linksonder tussen
Ctrl
en Alt
zit.
Tik dan in:
control
, gevolgd door Enter
Windows 7, Vista en XP
Klik op
Start - Configuratiescherm (Control Panel)
(meeste gebruikers) of op
Start - Instellingen (Settings) -
Configuratiescherm (Control Panel)
(Klassiek menu Start).
Open het Configuratiescherm met icoontjes
Als je normaal het Configuratiescherm
opent krijg
je een onderverdeling in categorieën.
Voor mij is dat echter helemaal niet handig, omdat ik dan voor elke Windows-versie steeds andere (ingewikkelder) routes moet beschrijven om ergens te komen dan onder XP. In beide gevallen kan je ook een vergelijkbare volledige lijst met alle applets te zien krijgen.
Als je wel de voorkeur geeft aan de onderverdeling in categorieën kan je later makkelijk weer terugschakelen.
Windows 7
Rechtsboven kan je nu klikken op
Weergeven op (View by)
, en dan kiezen voor
Categorie (Category)
,
Kleine icoontjes (Small icons)
of
Grote icoontjes (Large icons)
Ik kies altijd voor Kleine icoontjes
, maar ik ga er
sowieso in alle pagina's van deze site van uit dat je voor icoontjes kiest.
Windows XP
Klik links op Klassieke weergave
Open Instellingen (Settings)
In Windows 10 zijn niet alle dingen meer te regelen in het
Configuratiescherm (Control Panel)
, maar moet je
soms zijn in de Instellingen (Settings)
app.
Dit in het kader van de verdergaande teletubbisering van Windows :-).
Je opent deze app door op de Windows
-toets te
drukken, en dan op het 2e icoontje vanaf onderen te klikken.
Dit lijkt op een tandwiel, en zit tussen een icoon van een plaatje
en de aan/uit-knop in.
Maar het kan ook veel sneller: Win+I
Open Verkenner (Explorer)
Windows 10, 8, 7, Vista en XP
Methode die altijd werkt (ook onder Windows 8, zonder startknop):
Gebruik de toetscombinatie Win+E
, waarbij
Win
de toets is die linksonder tussen
Ctrl
en Alt
zit.
Windows 7, Vista en XP
Klik op Start
-
Alle Programma's (All Programs)
-
Bureau-accessoires (Accessories)
- Windows Verkenner (Windows Explorer)
Als je het klassieke Start menu gebruikt zie je
Programma's
i.p.v.
Alle Programma's
.
Bekijk de eigenschappen (properties) van een bestand, map of ander object
Klik met rechts op het object (bv. de bestandnaam).
Klik dan op
Eigenschappen (Properties)
(meestal onderaan de lijst).
Open een venster met de commandoregel
Soms heb je voor het uitvoeren van een commando extra privileges nodig.
Start dan het programma cmd
in
elevated mode.
Doorgaans is het beter om met niet meer privileges te werken dan strict noodzakelijk is, en dan is de volgende methode voldoende.
Windows 7 t/m 10 (en Vista)
Klik op Start
Tik in het veld waar de cursor staat cmd
,
gevolgd door Enter
Windows XP
Klik op Start - Uitvoeren (Run)
Tik in cmd
,
gevolgd door Enter
Een programma in "elevated mode" draaien
Windows 7, 8, 10 (en Vista)
N.B.: Hou er rekening mee dat als je een programma in elevated mode draait, je meer privileges hebt en dus meer schade kan aanrichten als je niet weet wat je doet.
Klik op Start
Tik in het invoerveld de naam van het programma dat je in elevated mode
wilt draaien, bv. cmd
(om de commandoregel te openen).
Klik met rechts op het programma dat in de lijst verschijnt
(onder Windows 10 zie je voor cmd
Command Prompt
met daaronder
Desktop App
).
Klik dan op
Als administrator uitvoeren (Run as administrator)
Je zult waarschijnlijk een melding krijgen van
Gebruikersaccountbeheer (User Account Control)
,
met een vraag die afhangt van de Windows-versie.
Voor Windows 10 is het:
()
Do you want to allow this app to make changes to your device?
waarna je natuurlijk op Ja (Yes)
klikt.
Voor Windows 8 is het:
Wilt u het volgende programma toestaan wijzigingen aan deze computer aan te
brengen?
(Do you want to allow the following program to make changes to this computer?)
waarna je natuurlijk op Ja (Yes)
klikt.
Voor Vista is het:
Uw toestemming is nodig om te kunnen doorgaan
()
waarna je natuurlijk op Doorgaan ()
klikt.
Het openen van een Microsoft console, zoals Apparaatbeheer
Windows 8 en 10
Als er een Start
-knop is (niet in alle Windows 8
varianten) kan je dezelfde methode als in Windows 7.
Maar je kan hetzelfde
ook bereiken met een simpele toetscombinatie.
Tik in: Win+R
Tik in het veld waar de cursor staat
console_file_naam.msc
,
en bevestig met Enter
Windows 7
- Klik op
Start
- Tik in het veld waar de cursor staat
console_file_naam.msc
Een console heeft een bestandsnaam, zoalsdevmgmt
, en een "normale" naam, zoalsApparaatbeheer (Device Manager)
. Als je de filenaam intikt moet je de 1e keer de volledige naam intikken voordat hij bovenaan in het witte vak onderProgramma's
verschijnt. Maar je keuzes worden onthouden, en verschijnen de volgende keer in een lijstje.
De "normale" naam (als je die kent) staat er vaak al eerder.
In beide gevallen kan je daar dan op klikken. - Bevestig met
Enter
Windows XP
Klik op Start - Uitvoeren (Run)
Tik in: console_file_naam.msc
,
gevolgd door Enter
Specifieke consoles
Op een andere pagina staat een lange lijst van consoles.
Open Apparaatbeheer (Device Manager)
Open het console devmgmt
Open Logboeken (Event Viewer)
Open het console eventvwr
Open Services (Services)
Open het console services
Open een Configuratiescherm applet (programma), zoals Systeem
Windows 8 en 10
Als er een Start
-knop is (niet in alle Windows 8
varianten) kan je dezelfde methode gebruiken
als in Windows 7.
Maar je kan hetzelfde
ook bereiken met een simpele toetscombinatie.
Tik in: Win+R
Tik in het veld waar de cursor staat
applet_naam.cpl
en bevestig met Enter
Windows 7
- Klik op
Start
- Tik in het veld waar de cursor staat
applet_naam.cpl
- Bevestig met
Enter
Windows XP
Klik op Start - Uitvoeren (Run)
Tik in applet_naam.cpl
,
gevolgd door Enter
Specifieke applets
Op een andere pagina staat een lange lijst van applets.
Open het Systeem (System) applet
N.B.: het applet dat je op onderstaande manier opent mist onder Windows 7 wat informatie (o.a. Windows versie en hoeveelheid geinstalleerd geheugen) in vergelijking met Windows XP.
Open het applet sysdm
Essentiele gegevens over je PC opzoeken
Basisinformatie
Windows 7 t/m 10
Open het systeem (system) applet.
Windows XP
Open het sysdm configuratiescherm applet.
Klik op het tabblad Algemeen (General)
als dat nog niet geselecteerd is.
Met welke versie van Windows (inclusief Service Pack) draai je?
Ga naar het scherm met basisinfo over de PC.
Onder Systeem (System)
(Windows XP) of
Windows-versie (Windows edition)
(Windows 7 t/m 10)
zie je nu iets als
Windows 10 Home
© 2016 Microsoft Corporation. All rights reserved.
of als
Windows 7 Ultimate
Copyright © 2009 Microsoft Corporation. All rights reserved.
Service Pack 1
Het gaat in dit geval vooral om de 1e regel en de Service Pack regel.
Hoeveel geheugen zit er in de PC?
Ga naar het scherm met basisinfo over de PC.
2 of 3 regels onder het kopje Systeem (System)
(of onder het kopje Computer
(Windows XP))
achter Geïnstalleerd geheugen
(Installed memory)
(Windows 7, 8, 10)
staat nu iets als 1,96 GB (of RAM)
.
GB staat voor GigaByte, en RAM staat voor Random Access Memory.
Het gaat hier dus om de waarde 1,96 GB.
Heb je een 32-bits of 64-bits Windows?
Dit is o.a. van belang voor het installeren van software of gebruiken van tools, waarbij je vaak moet kiezen tussen een 32-bit of 64-bit versie. De 32-bit versie zal meestal wel werken op een 64-bit systeem (dus die kan je altijd gebruiken), maar een 64-bit versie is efficienter.
Ga naar het scherm met basisinfo over de PC.
Onder het kopje Systeem (System)
achter
Type systeem (System type)
staat nu iets als 64-bits besturingssysteem
(64-bit Operating System)
of
64-bits besturingssysteem, x64-processor
(64-bit Operating System, x64-based processor)
.
Wat is je gebruikersnaam?
Tik in: set username
,
gevolgd door Enter
.
Op je scherm staat nu als goed is de regel
USERNAME=gebruikersnaam
Knippen, plakken en kopiëren
Kopiëren
Kopiëren is een actie die vergelijkbaar is met die van een kopiëerapparaat: je maakt een kopie die gelijk is aan het origineel.
In Windows kan je van allerlei objecten een kopie maken: van bestanden (plaatjes, documenten, etc.), of van delen uit bestanden (stukje uit een webpagina, paar woorden uit een document, deel van een plaatje, etc.), of zelfs van hele groepen bestanden, mappen of disks.
In alle gevallen moet je eerst de dingen selecteren die je wilt kopiëren. In het geval van bv. 1 bestand of map is dat simpel: er op klikken.
In veel programma's maak je zo'n kopie met de toetscombinatie
Ctrl+C
(de 'c' van copy), maar voor diegenen die
liever met de muis werken kan je meestal ook klikken op de menu's
Bewerken (Edit) - Kopiëren (Copy)
(o.i.d.).
Als je dat doet lijkt het of er niets gebeurt. Maar er gebeurt wel degelijk iets: hetgeen je kopiëert wordt in het geheugen van de computer opgeslagen. Dus niet op de harde schijf, maar in het interne geheugen. Dat betekent dat als je op dat moment de computer uit zou zetten, de kopie weg is.
Plakken
In de meeste gevallen zal je die kopie op een bepaalde plek terug willen zien, en daarvoor is de actie plakken uitgevonden.
In veel programma's plak je de kopie vanuit het geheugen op een andere plek
met de toetscombinatie
Ctrl+V
(geen idee waar de 'v' voor staat),
maar voor diegenen die
liever met de muis werken kan je meestal ook klikken op de menu's
Bewerken (Edit) - Plakken (Paste)
(o.i.d.).
Zo kan je een bestand (als backup bv.) ook in een andere map zetten, een kopie van een foto op een USB-stick zetten (om aan anderen te laten zien), een stukje uit een foto in een mail plakken, enz.
Knippen
Knippen lijkt op kopiëren, met 1 verschil: het originele object wordt verwijderd. Deze actie kan je dus gebruiken als je een bestand (bv. foto) wilt verplaatsen naar een andere plek op dezelfde schijf of zelfs naar een andere schijf.
Knippen en plakken is hetzelfde als kopiëren en plakken, en daarna verwijderen van het oorspronkelijke object. Het is dus sneller, maar ook iets gevaarlijker. Als je knipt, en daarna valt de stroom uit, loop je kans dat je dingen kwijt bent.
Ik heb zelf kort geleden zoiets meegemaakt. Ik heb een USB-stick die ik in mijn mobiele telefoon kan doen. Ik knipte een aantal foto's uit de mappen op mijn telefoon, plakte ze op de USB-stick, en wilde ze daarna naar de computer overzetten. Helaas was ik ze dus kwijt op de telefoon, en bleek de USB-stick corrupt.
Zeker met grote aantallen bestanden of mappen zou ik dus kiezen voor kopiëren en plakken, en pas na grondige controle de originelen verwijderen.
Plaatje van het scherm maken
Het is belangrijk om te weten hoe je dit moet doen, omdat je dan in probleemsituaties een screenshot kunt toesturen aan iemand die je helpt het probleem op te lossen.
Als degene die je helpt zich op afstand bevindt is het trouwens nog handiger
om hem m.b.v. Skype
mee te laten kijken op je PC,
of hem zelfs controle te geven over je PC m.b.v.
Teamviewer
.
Je kan op elk moment die controle verbreken door op Esc
te drukken (en je kan meekijken wat er gebeurt).
Complete scherm
Je kan een plaatje maken van het complete scherm door op de toets
Pr(in)tScr(een)
te drukken (vaak op de bovenste rij, iets
rechts van de functietoetsen).
Dat plaatje zit dan in het geheugen, en je moet het vervolgens in 1 of ander
programma plakken.
Dat kan een programma zijn om plaatjes te bewerken, maar ook bv.
Microsoft Word
of het eenvoudigere
Wordpad
.
Wordpad
zit op elke Windows PC, en kan je starten door
op Start
te klikken, en dan de 1e letters van
de naam in te tikken.
1 venster
Als je 1 of meer vensters (windows) open hebt staan, kan je een plaatje maken
van het huidige venster (blauwe balk aan de bovenkant) door op de
toetscombinatie Alt+PrtScr
te drukken.
Starten (booten) vanaf een CD of DVD
Normaal gesproken start een PC vanaf de harde schijf. Aan het begin van de harde schijf staat programmacode die door de PC automatisch uitgevoerd wordt, en vervolgens wordt het besturingssysteem gestart.
In bepaalde situaties kan het handig zijn om vanaf een DVD of USB-stick te starten, bv. wanneer de PC niet meer normaal of in veilige modus (safe mode) wil starten. Starten vanaf CD/DVD is ook de ideale manier om hardnekkige virussen en spyware te verwijderen. Het besturingssysteem staat dan nl. op de CD/DVD, en virussen e.d. kunnen daar niet op schrijven.
In vrijwel alle moderne PC's is er een toets om bij het starten van de PC
een boot menu te voorschijn te roepen.
In het boot menu kan je kiezen of je wilt starten vanaf de disk, CD/DVD of
een USB-stick.
Helaas is deze toets niet op alle computers hetzelfde.
Meestal komt er vroeg in het start-proces kort een melding op het scherm over
welke toets je moet gebruiken.
Maar er kan ook een melding komen over de toets waarmee je
BIOS-instellingen
kan veranderen, dus haal die 2 niet door elkaar.
Als je de toets niet weet, en je ziet hem niet op het scherm, probeer dan
Esc
, F2
of
F12
.
Werken met omgevingsvariabelen
Je kunt omgevingsvariabelen bekijken via de command line of m.b.v. een grafische interface.
Grafische interface
Open het dialoogvenster Omgevingsvariabelen
(Environment Variables)
:
- Open het sysdm Control Panel applet.
- Klik op het tabblad
Geavanceerd (Advanced)
- Klik op de knop
Omgevingsvariabelen (Environment Variables)
De onderste helft bevat variabelen die voor het hele systeem gelden.
In de linkerkolom staan de variabelen, in de rechter de waarde ervan.
Er zal bv. vrijwel altijd een variabele OS
zijn,
met als waarde het besturingssysteem (Operating System)
waarmee je werkt (bv. Windows_NT.
Windows 7 en 10 zijn varianten van de NT-familie).
Het bovenste deel bevat variabelen die alleen gelden voor de gebruiker waaronder je ingelogged bent.
De 3 knoppen onder beide helften spreken eigenlijk voor zich.
Klik bv. op Nieuw (New)
, en je kan de naam
en de waarde van een nieuwe variabele toevoegen.
Zoekpad veranderen (uitbreiden)
In de onderste helft van het scherm staat een variabele met naam
Path
Als je een programma start zonder tegen Windows te vertellen waar het staat, gaat Windows alle mappen in het path bij langs om te kijken of het programma in 1 van deze mappen staat. De lijst met mappen is gescheiden door ';'-s (puntkomma).
Als je dus een nieuwe map (met bv. een verzameling tools) aan het pad wilt
toevoegen is dat heel simpel.
Selecteer Path
, klik op
Bewerken (Edit)
en tik aan het eind
;mapnaam
Bevestig tenslotte met OK
Bepaal het process id van een programma
Elk programma wordt geidentificeerd aan de hand van een uniek nummer, het process id. Dit process id wordt in een aantal commando's gebruikt.
Tik in tasklist
, gevolgd door
Enter
.
In de eerste kolom zie je de namen van programma's, de tweede bevat het process id van dat programma.
Reageer via E-mail (dalmolen@xs4all.nl)
Deze pagina is voor het laatst gewijzigd op: 24-01-23 14:07:32